(c) 1999-2011 m.s.gerritsen
Pomp
Ook al heb
je nooit lekke banden, een pomp blijft onmisbaar om de
banden op spanning te houden. Probeer thuis of dat ook lukt:
past de pomp op de ventielen of heb je een verloopnippel
nodig? En krijg je voldoende druk? Vooral minipompjes vallen
hier vaak door de mand. De maximum druk staat vaak op
de band aangegeven in bar (atm) of psi (100 psi = 7 bar).
Pomp de band een keer op met een fietspomp met manometer om
een idee te krijgen hoe hard dat is! Te weinig lucht in de
(achter)band geeft extra rolweerstand, een verhoogde
slijtage en extra kans op stootlekken. Ga je als groep op
pad, dan lijkt het mij onzin dat iedereen een pomp
meeneemt.
Bandelichters
Bij de
meeste combinaties van velg en band heb je een of meer
bandelichters nodig om bij de binnenband te komen. Ik zweer
bij twee gele plastic bandelichters van Michelin, die niet
alleen fijn werken, maar ook weer in de berm zijn terug te
vinden. Maar een slechte stalen bandenlichter is beter dan
een slechte van plastic!
Plakspullen
Een klein
stukje schuurlinnen, een niet uitgedroogde tube solutie en
plakkertjes voor de binnenband spreken voor zich. In geval
van nood kun je ook met een post- of spaarzegel een heel
eind komen, en menig wielrenner kwam zelfs thuis met een
knoop in de binnenband (niet vergeten volgende keer wel een
binnenband mee te nemen;-)). Er zijn ook zelfklevende
plakkers, ik heb nog niet begrepen dat die net zo
betrouwbaar zijn als die met solutie. Ik bewaar de
plakspullen voor s'avonds in de droge tent: onderweg gooi ik
er sneller een reserve binnenband in. Maar dan moet je
natuurlijk wel een keer geoefend hebben in het wielen
steken. Voor het lastiger achterwiel is de procedure als
volgt::
Wielen steken
- schakel voor een achterwiel de
ketting op het kleinste kransje, dus helemaal naar rechts.
- Open de rem, dat kan meestal met een
knopje op de remgreep of op de rem zelf, of bij
cantilevers of V-brakes door een kabeltje uit te haken.
(laat je dit na, controleer dan de stand van de remblokjes
voor je de buitenband hebt doorgezaagd)
- Zet nu de uitvalas open door de
handel om te klappen, trek de derailleur naar achteren en
duw cq sla met de vuist het wiel uit het frame.
Het wiel
blijft dan hangen in het onderste part van de ketting, en is
met iets optillen en naar links draaien simpel te
verwijderen. Met enige oefening kun je dit ook met een
bepakte fiets doen als je de fiets op de linkertas legt.
Bij het terugsteken van het wiel
moet je er op bedacht zijn dat::
- je eerst de derailleur naar achteren
moet trekken (soms moet je even met de duim tegen de kooi
duwen om de derailleur over het dode punt heen te helpen),
en dan het eerste kransje in de lus van de ketting steekt
en inhaakt,
- de wielas niet in de padden past als
de spanner weer dichtgeklapt is, of links-rechts niet
gelijk uitsteekt (daar zijn die veertjes voor, met de
dunne kant moeten ze naar de as wijzen!),
- de wielas ook niet in de buurt van de
padden komt als de band boven achter de rem blijft haken.
- zet de spanner weer dicht, de juiste
afstelling is in principe het handeltje 90 graden open
zetten, dus in lijn met de as, de rechter stelmoer
handvast draaien en de handel nog 90 graden doorklappen.
Je mag nu best een witte vlek in de handpalm hebben staan.
En zet de handel zo dicht dat je er straks weer met de
vingers achter kunt (dus niet tegen een framebuis) en niet
naar achteren wijzend zodat iemand zijn voorwiel er achter
past. Snelspanners met een extern mechanisme moet je
frequent smeren.
- vergeet niet de rem weer dicht te
zetten en te controleren of de ketting voor niet van het
blad gevallen is.
Binnenband
Neem
altijd een aantal reserve binnenbanden mee. Als het ventiel
uitscheurt, of als de band ontploft valt er weinig meer te
plakken. Zorg wel voor de goeie: een binnenband met een dik
auto (Schraeder) ventiel past meestal niet door het
ventielgat in een velg bedoeld voor een Frans
(presta)ventiel. En omgekeerd kan een ingevulcaniseerd
prestaventiel er op den duur slecht tegen om door een te
groot ventielgat geperst te worden (tip: om het ventiel
passend onderlegringetje gebruiken). En zijn de ventielen zo
lang dat ze ver genoeg uit de velg steken? En laat je niet
afschepen met een dun racebinnenbandje als je brede banden
hebt. Toegegeven, een 23 mm binnenbandje in een 35 mm brede
buitenband zal meestal niet direct op de stoep van de
fietsenwinkel exploderen, maar het gaat wel voortdurend lek.
Binnenband
vervangen
Soms
lijkt dit vreselijk ingewikkeld (bijvoorbeeld als je alle
handelingen uitschrijft), maar een verstandige methode
helpt:
- Verwijder het wiel en laat de
binnenband helemaal leeg lopen. Duw het ventiel naar
binnen.
- De hieldraden van de buitenband
zitten soms sterk aan de velgrand geplakt: duw ze los en
manouvreer ze naar het diepere midden van de velg.
- Steek twee bandelichters onder de
hieldraad, 5 cm links resp. rechts van het ventiel.
(sommige ATB banden zijn zo ruim dat je geen bandelichters
nodig hebt.)
- Haal de bandelichters een voor een
over, gaat dit heel zwaar, controleer dan of de hieldraad
niet weer teruggesprongen is naar de minder diepe
buitenkant van de velg.
- Staat de hieldraad na het omklappen
nog heel strak dan trek je een bandelichter los om die
iets verder weer in te steken en om te klappen. Gebruik
daarbij één hand om de andere bandelichter
tegen te houden en om tegen de hieldraad te duwen zodat
die niet weer terug springt.
- Heb je voldoende van de hieldraad
over de velg getrokken, dan springt die niet meer terug en
kun je met je vingers of een bandelichter de rest van de
hieldraad uit de velg trekken. Trek de binnenband uit de
velg, duw de buitenband opzij en trek als laatste het
ventiel uit de velg.
- Pomp de oude binnenband op, en kijk
waar het lek zit. Meet de afstand uit tot het ventielgat
en controleer op die (twee) plaatsen de velg of buitenband
op beschadigingen. Twee gaatjes vlak bij elkaar
(slangebeet) duidt op een stootlek, vaak veroorzaakt door
te weinig druk of een te smalle band.
Zonder bandenlichters.
- Veel banden kun je ook al demonteren
zonder het tijdrovende zoeken naar de bandenlichters.
- Laat de band leeglopen, pak de
buitenband beet ter hoogte van het ventiel en wring de
band achterover om spanning op de hieldraad te zetten
- Druk met de vrije hand de hieldraad
naar het midden van de velg. Begin beneden, werk naar
boven en hou de band onder spanning zodat de vrije
ruimte omhoog schuift
- Pak de band over in de andere hand
(band op spanning blijven houden ) en doe hetzelfde met
de andere halve omtrek
- Als je te hoogte van het ventiel
voldoende licht ziet tussen hieldraad en velgrand pak je
de band over met twee handen (tussen muis en vingers) en
til je de hieldraad omhoog, trek je een stukje over de
velg naar je toe en laat je de hieldraad weer zakken
Als een band-velg
combinatie heel strak zit combineer je beide technieken (met
en zonder bandenlichters) zodat je het minste geweld nodig
hebt.
Montage
- Pomp de binnenband op zodat die net
in model komt. Duw de buitenband opzij en het ventiel door
het ventielgat, en leg de rest van de binnenband zonder
plooien in de buitenband. Is de binnenband te lang, dan
heb je hem al te veel opgepompt. Zorg er voor dat het
ventiel recht door de velg blijft steken.
- Ga een keer de band rond en duw de
binnenband over de velgrand het velgbed in.
- Monteer nu de hieldraad, begin
tegenover het ventiel en werk van twee kanten gelijkmatig
op. De laatste 20 cm bij het ventiel gaan vermoedelijk te
zwaar.
- Ga weer terug naar waar je begonnen
bent (tegenover het ventiel) en duw vanaf daar de
hieldraad weer naar het ruimere midden van de velg, duw
het ventiel omhoog de buitenband in, laat er nog wat lucht
uit lopen en werk met de muis van je handen de resterende
20 cm hieldraad over de velgrand. Bij hele strakke en
stroeve banden moet je dit een paar keer herhalen voor het
helemaal lukt. Grijp niet naar de bandenlichter, want de
kans is groot dat je daarmee de binnenband weer lek prikt.
- Druk het ventiel de velg in, zodat je
zeker weet dat er geen vouw onder de hieldraad klemt.
- Pomp weer iets lucht in de band als
je hem helemaal hebt laten leeglopen, duw over de hele
omtrek de hieldraad nog een keer naar binnen om te kijken
of de binnenband nergens (links én rechts) klem zit
onder de buitenband en pomp de band op. Controleer
halverwege of de band mooi rond loopt, en overal goed in
de velg zit.
Buitenband
Een breuk in
het karkas van de buitenband is op slechte wegen niet uit te
sluiten. En ook heb je niet lang nodig om met een verschoven
remblokje de wang van de band door te zagen. Scheuren
in het karkas van de buitenband kun je misschien tijdelijk
repareren met een kromme naald en dik garen, of door er een
stuk buitenband (oude tube is ideaal) in te plakken, maar
nieuw wordt zo'n band nooit meer. Op langere tochten nemen
we dus een buitenband mee. Dat kan eventueel een smal
thuiskomertje zijn, als ruimte of gewicht je hobby of
probleem is. Bij pech zet je die dan op het minder belaste
voorwiel, en verhuis je de voorband naar achteren. Het
halverwege de vakantie omruilen van voor- en achterband om
de slijtage te verdelen wil ook wel preventief helpen. In de
meeste moderne velgen passen banden met een opvouwbare
(kevlar) hieldraad. Als je zo'n band koopt zit deze vaak al
in een doosje of een plastic zak, en dat kan dus zo de
fietstas in. Conventionele banden met een stijve (stalen)
hieldraad moet je zelf opvouwen: pak de band op twee
tegenover elkaar gelegen plaatsen beet. Breng je handen naar
elkaar toe en over elkaar heen zodat de band in drie gelijke
cirkels is verdeeld. Klap de buitenste cirkels naar elkaar
toe, leg ze op de binnenste en knoop de drie ringen op
elkaar.
Binnenband
plakken
De
duurzaamste plakmethode is met vulcaniserende plakkertjes en
solutie. Er zijn ook zelfklevende plakkers, maar die zijn
doorgaans minder goed. Plakkertjes zijn er in verschillende
maten, in principe probeer je een zo klein mogelijk
exemplaar te gebruiken. Maar omdat je plakkertjes niet over
elkaar kunt plakken, moet je bij meerdere gaten in de buurt
soms van deze regel afwijken.
- Begin met het gat op te zoeken. Pomp
de band op en luister, of voel met de hand, bovenlip of
het blote oog waar de lucht uitstroomt. Kun je niets
vinden, dan kun je de band nog onder water uitrekken.
Vindt je dan nog niets dan kan het ventiel het probleem
zijn geweest. Bij grote gaten is het probleem vaak dat de
lucht te snel verdwijnt. Knijp de halve binnenband dicht
en probeer het nog eens. Met een paar slagen heb je het
gat zo snel gevonden.
- zet eventueel een merkteken (met een
krijtje of een balpoint) en ruw de -droge- binnenband rond
het gat goed op met schuurpapier. Het rubber moet een mat
uiterlijk krijgen, anders zit er nog lossingsmiddel op.
Een harde ondergrond helpt bij het schuren.
- Breng een dunne laag solutie op, hoe
dunner en gelijkmatiger hoe beter.
- Laat de solutie drogen totdat de laag
door en door droog is, een droog vel op nog natte solutie
is te snel.
Pomp de binnenband in model, pel
de aluminiumfolie beschermlaag van het plakkertje, en duw
het stevig op het lek. Probeer daarbij de lijmlaag op het
plakkertje niet aan te raken.Stevig duwen doe je
bijvoorbeeld door op een harde ondergrond met het handvat
van een schroevendraaier de plakker uit te rollen. De
band kan nu weer gemonteerd worden, of opgerold worden als
reserve. Laat het schutvel op het plakkertje zitten tot de
lijm droog is, in de buitenband kan het toch geen kwaad.